Vandaag is het Fashion Revolution Day, een belangrijke dag voor de modewereld (en de aftrap van Fashion Revolution Week – daarover overmorgen meer!). Precies 4 jaar geleden werd de wereld opgeschrikt door een heftig nieuwsbericht uit Bangladesh. In de stad Savar was een enorme textielfabriek, ‘Rana Plaza’, ingestort. De getallen logen er niet om: 1127 mensen kwamen om het leven en meer dan 2000 mensen raakten (zwaar)gewond. Het is de heftigste en dodelijkste ramp ooit in de modewereld én het wordt zelfs genoemd als de grootste architectonische ramp in de moderne geschiedenis. In het gebouw werkten op het moment van instorting 5000(!) mensen, voor merken als Mango, Benetton, Inditex (= o.a. Zara) Primark, C&A en Walmart. Voornamelijk jonge vrouwen als jij en ik, in de leeftijdscategorie van 20-30 jaar. Ze verdienden slechts 28 euro per maand; veel te weinig voor hun levensonderhoud.
Op Fashion Revolution Day herdenken we de ramp in Rana Plaza in 2013, waarbij 1127 kledingwerk(st)ers omkwamen en meer dan 2000 mensen (zwaar)gewond raakten. Laat het een drijfveer zijn voor positieve verandering!
Nu is zo’n ramp natuurlijk al schokkend op zich. Maar de oorzaak ervan is minstens zo schokkend. Het gebouw was namelijk niet zomaar pats-boem ingestort. Het bleek een gevolg van totale verwaarlozing en uitputting van het gebouw en het negeren van veiligheidsvoorschriften (en dus zeer onveilige arbeidsomstandigheden). Een dag voor de ramp werden er grote scheuren waargenomen in het gebouw. Hoewel de situatie als ‘levensgevaarlijk’ werd bestempeld, werden medewerkers alsnog verplicht om die dag te komen werken: als ze het niet zouden doen, werd hun toch al onleefbare loon ingehouden. Iedereen kwam opdagen. Met grote gevolgen.
De modewereld beloofde verbetering. Maar de industrie bleef troebel, de arbeidsomstandigheden slecht en de lonen alles behalve leefbaar.
Deze ramp bleef blijft natuurlijk niet opgemerkt. De media doken er bovenop en sindsdien zijn er watzaken veranderd. Zo tekenden meer dan 200 grote, internationale kledingmerken het Bangladesh Veiligheidsakkoord, een baanbrekend initiatief voor veiligere fabrieken (wat overigens niks wil zeggen over of er verder sprake is van goede arbeidsomstandigheden of een leefbaar loon – dat is namelijk nog steeds vrijwel nooit het geval). Echter bleek uit de praktijk dat veel verbeteringen en reparaties helemaal niet werden doorgevoerd, of in ieder geval sterk achterlagen op schema.
Wel is in 2013 is het Rana Plaza Donors Trust Fund opgericht, dat slachtoffers van de ramp tegemoet komt in zorgkosten en verlies van inkomsten. Maar veel van de merken die hun kleding lieten produceren, weigerden om hieraan mee te betalen.
Internationaal gezien is er gelukkig meer aandacht gekomen voor de extreem lage lonen, maar het is nog lang niet genoeg. Het wettelijk minimumloon voor kledingwerkers in Bangladesh is momenteel € 50,- per maand, € 22,- meer dan voor de ramp. Dat klinkt als een grote vooruitgang, ware het niet dat dit nog steeds geen leefbaar loon is: het is slechts 21% van het geld dat nodig is om een gezin te voorzien in basisbehoeften. Bovendien wil dat nog niet zeggen dat deze mensen ook écht die volle € 50,- uitgekeerd krijgen; lagelonenlanden zijn doordrenkt van corruptie en vakbonden krijgen vaak maar weinig voor elkaar. En stoppen met werken is geen optie als je je kinderen maar amper kunt voeden…
We zijn er nog lang niet,
er is nog steeds een revolutie nodig.
Deze dag is mijn brandstof!
Ook de jouwe?
Inmiddels zijn we vier jaar verder. En zoals je ongetwijfeld al aan voelt komen, hebben we nog heel wat voor elkaar te boksen. Arbeidsomstandigheden zijn nog steeds vrijwel zo slecht als voorheen, want controles worden amper uitgevoerd en het modelandschap is nog ontzettend troebel. Veel merken besteden hun productie namelijk uit aan derden (fabrieken), die dit in veel gevallen óók weer uitbesteden. Enzovoorts. Het gevolg is een ingewikkeld web van uitbesteding en corruptie, waar binnen het huidige systeem onmogelijk grip op te krijgen is. Met andere woorden: zo’n 99% van alle modemerken produceert onder slechte omstandigheden, op plekken waar jij en ik niet dood en levend gevonden zouden willen worden. En zelf hebben ze er niet eens altijd een idee van.
Ik vind het zo, zó belangrijk dat we hier aandacht aan blijven besteden, elk jaar weer! Dit onderwerp is niet leuk en positief, zoals je het misschien het liefst zou willen. Maar het is wél hoe het er werkelijk aan toe gaat. Laat het onze drijfveer zijn om – op hoe kleine schaal dan ook – een positief steentje bij te dragen aan een modewereld in balans. Laten we blijven beseffen dat de mensen die onze kleding maken, mensen (vaak vrouwen) zijn als jij en ik. Met dezelfde behoeftes, emoties, dromen en rechten. Die net zo’n vrij leven verdienen als iedereen die toevallig wél op een ‘goede’ plek is geboren en zijn of haar veilige leventje voor lief neemt. Deze mensen vragen niet om veel; niet eens om een opleiding om – net als wij – te kunnen doen wat hen gelukkig maakt. Het énige dat ze vragen, is een veilige werkomgeving en een loon waar ze hun gezin minimaal van kunnen onderhouden. Laten we het ze gunnen. Én laten we daar geen genoegen mee nemen. Onze missie is niet over als ‘slechts’ meer veiligheid en een leefbaar loon in zicht is. Ik gun deze mensen een leven als wij. Laat deze dag de brandstof zijn om ons hier hard voor te blijven maken!
Bronnen: Schone Kleren Campagne (1, 2), Trouw.